Pinus mugo pumilioDwergbergden
Deze soort heeft een lage bossige groei. Hij groeit traag en struikt breed uit. De wintergroene naalden zijn lang en in bosjes aanwezig. De plant staat het liefst in de volle zon tot halfschaduw. Graag staat hij op een kalkrijke tot neutrale grond en kan goed gebruikt worden als kust- of rotstuinbeplanting.'
Hij is uit berggebieden afkomstig waar hij ideaal gedijt op de licht vochtige gronden. Deze conifeer staat het liefst op een goed doorlaatbare licht vochtige grond die lichtzuur tot kalkhoudend is. Door zijn compacte en volle vorm heeft hij geen snoei nodig. Hij is moeilijk te combineren met vaste planten door de lage takken en de oppervlakkige worteling.
Deze conifeer is ideaal voor beplantingen van stenige gronden en slechte maar toch doorlaatbare gronden. Hij kan gebruikt worden als bodembedekking en kan ingeplant worden in antiworteldoek.
Kenmerken
| Bloemkleur | Geel |
|---|---|
| Bloeiperiode | mei - juni |
| Bladkleur lente | Donker groen |
| Bladkleur zomer | Donker groen |
| Bladkleur herfst | Donker groen |
| Bladkleur winter | Donker groen |
| Winterbeeld | Wintergroen |
| Schorskleur | Bruin |
| Groeikracht | Langzaam |
| Hoogte volgroeide plant | 0.60 tot 1.00 m |
| Standplaats | Zon - Halfschaduw |
| Aantal per vierkante meter | 1 |
| Snoeiperiode | Niet snoeien |
| Te gebruiken potgrond | Bodemverbeteraar universeel |
| Aanbevolen plantvoeding | Organische meststof voor coniferen |
| Gebruikswaarde | Alleenstaand - Kustbeplanting - Rotstuin - Vakbeplanting |